Cases en ervaringen cliënten

Verwijzing vindt plaats door de bedrijfsarts, er is sprake van arbeidsongeschiktheid op medische gronden EN er is een conflict. Medewerkster is emotioneel, huilt veel, is overspannen. Ze is wel in staat tot mediation gesprekken. Na de start van de mediation kan gestart worden met re-integratie, opbouw start met 3 x 3 uur per week, langzame opbouw tot 36 uren per week.

De manager P&O neemt contact met PM op, hij geeft een korte schets van de situatie. PM stelt 2 mediators voor die passen bij de kwestie, de mensen, de regio. (Match met juiste mediator door PM). (De volgende dag volgt telefonisch contact door de mediator met partijen). De volgende dag neemt de mediator telefonisch contact op met partijen.

Het betreft een teamleidster van drie vestigingen van een kinderdagverblijf in conflict met de directeur van het kinderdagverblijf. Aan tafel komen (na telefonisch overleg hierover met partijen) de teamleidster die 60 jaar oud is, haar echtgenoot, de directeur en de manager P&O.

Eerst vinden voorgesprekken/intakes plaats, deze gesprekken vinden apart plaats en zijn vertrouwelijk.

De teamleidster is diep geraakt dat zij door haar leidinggevende, de nieuwe directeur (directeur geworden door fusie van twee organisaties) niet wordt gezien als een al 30 jaar goed functionerende medewerker/leidinggevende. Zij wil haar evenwicht hervinden, nog een aantal jaar plezierig werken.

De directeur heeft signalen van het personeel van de betreffende vestigingen dat zij geen goede leidinggevende is. Administratie is rommelig bijvoorbeeld, maar ook: sommigen geven aan dat zij bang voor de teamleidster zijn. Diverse gesprekken tussen de directeur en de teamleidster hebben voor de mediation al plaatsgevonden en de directeur is van mening dat zij ‘alles’ buiten zichzelf legt, geen verantwoordelijkheid neemt. De gesprekken zijn uitgemond in een situatie waarin zij de directeur schofferend en intimiderend heeft genoemd en waarin er geen goed contact meer mogelijk is.

Na de eerste gezamenlijke bijeenkomst worden bepaalde beelden en uitspraken al bijgesteld. Een start van de opbouw wordt afgesproken, maar niet in haar eigen functie. De medewerkster (Zij) gaat een aantal taken op het hoofdkantoor verrichten. Zij zal daar werken onder toezicht door en ook hulp van de manager P&O in het licht van het maken van bepaalde overzichten e.d.. Ook wordt afgesproken na 4 weken een tweede mediation bijeenkomst te houden.

Tijdens de tweede bijeenkomst blijkt dat de eerste vier weken goed zijn verlopen. De medewerkster (Zij) gaat in overleg met de bedrijfsarts verder uren opbouwen en de taken uitbreiden (met een uitbreiding van taken).

Tijdens deze bijeenkomst kan nog wat dieper gesproken worden over de communicatie en na een spijtbetuiging van de directeur over een bepaalde uitlating, kan de teamleidster op haar beurt toegeven dat zij best moeite heeft met een groot aantal administratieve handelingen, met name die handelingen die op de computer moeten plaatsvinden. Zij is wel bereid om bij te leren in dit kader.

Er worden afspraken gemaakt over deze taken en over (bij)scholing. Ook worden afspraken gemaakt over hoe de gesprekken met bepaalde medewerkers van de vestigingen gaan plaatsvinden. Daar krijgen de directeur en de manager P&O ook een rol in. Hier wordt goed over door gesproken.

In de derde (evaluatie)bijeenkomst een maand later blijkt dat de gesprekken met de medewerkers redelijk tot goed zijn verlopen en in ieder geval hebben de directeur en de teamleidster een beter contact gekregen. Haar taken zijn in overleg verder uitgebreid. Zij gaat snel daarna weer 36 uren per week aan de slag. Een evaluatie en vinger aan de pols met de manager P&O worden afgesproken.

De mensen aan tafel zijn het erover eens: de mediation kan afgesloten worden.